Het Konijn
Het konijn is een zoogdier, behorende tot de orde der haas-achtigen.
De grootte van het wilde konijn zit tussen die van de echte hazen in de lengte. De precieze lengte is afhankelijk van het ras. De achterpoten van het konijn zijn relatief veel korter dan die van de hazen. De buik is veel lichter van kleur dan de rug, vaak wit. Ook de onderzijde van de staart en de poten is wit.
Het konijn leeft alleen van plantaardig voedsel. Het komt voor dat het zijn eigen keutels op eet.
Konijnen behoren niet tot de knaagdieren, al wordt dit vaak gedacht. Knaagdieren beschikken in het bovenste deel van het gebit over maar twee snijtanden terwijl
haas-achtigen er vier hebben, waarvan de twee stifttanden achter de bovenste snijtanden staan.
Het konijn ( als huisdier )
Naast honden en katten zijn konijnen erg populaire huisdieren. Zeker in gezinnen met kinderen. Konijnen zijn over het algemeen hele vriendelijke en zachtaardige dieren. Maar toch zijn er een aantal soortspecifieke zaken waar we rekening moeten mee houden als we een konijntje in huis nemen.
Voeding
De juiste voeding is zeer belangrijk voor een konijn. Het is belangrijk dat het konijn de juiste voeding krijgt wat voldoende vezels bevat voor het normaal afslijten van het gebit (konijnentanden groeien hun hele leven door) Het gebruik van verkeerde voeding maakt een konijn al snel ziek en kan zelfs dodelijk zijn. Dus het is erg belangrijk volgende dingen in acht te nemen:
Konijnen hebben een rantsoen nodig van minstens 75% hooi. Dit is het allerbelangrijkste bestanddeel in het dieet van het konijn.
Daarnaast kan je ook een konijnenmengeling geven, deze voeding vind je in de dierenspeciaalzaak. Let op: geef niet teveel van dit dieet aan het konijn, beperk dit tot enkele soeplepels per dag. Als je teveel van dit voer gaat geven eet het konijn te weinig hooi en dit is nadelig voor de spijsvertering en de gezondheid van uw konijntje.
Verder mag je ook wat gras en groenten geven aan een konijn. Maar ook hier best niet in overdrijven.
Huisvesting
Konijnen kunnen zowel binnen als buiten gehouden worden. Belangrijk is van het dier geleidelijk aan te laten passen aan een nieuwe omgeving. Steek een konijn dat gewend is van buiten te zitten niet direct lekker warm aan de verwarming of omgekeerd.
Konijnen kunnen ook makkelijk buiten overleven in de winter, als het vriest. Zorg voor voldoende schuilmogelijkheden en nest materiaal.
Zorg er in alle geval voor dat het konijn niet in de tocht, regen of volle zon zit, dat het te allen tijde kan schuilen tegen extreme weersomstandigheden.
Houdt bij buitenkonijnen ook rekening dat het goede gravers zijn en bescherm ze tegen roofdieren.
Konijnen die binnen zitten hebben vaker wat minder ruimte. Belangrijk is dat het hok voldoende ruim is: het konijn moet languit kunnen liggen, rechtop kunnen zitten en kunnen rondlopen.
Houdt het hok proper. Vuile bedding kan zorgen voor geïrriteerde poten, urinebrand of ziekte.
Alleen of samen?
Vaak krijgen we ook de vraag wat nu het beste is voor een konijn: alleen of samen met een ander konijn in een hok? Het antwoord daarop is eenvoudig: samen! Konijnen zijn nl. echte groepsdieren. Het liefst hebben ze gezelschap van een ander konijn maar een cavia of ander knaagdier wordt soms evengoed aanvaard. Dan moeten er wel maatregelen genomen worden wat betreft de voeding. Cavia’s en konijnen hebben nl. volledig andere voedingsbehoeften.
Twee mannelijke konijnen samen zetten is niet zo een goed idee. Vaak wordt er dan gevochten. Zelfs twee broertjes die het prima met elkaar lijken te kunnen vinden, gaan vechten eens ze in de puberteit komen. Met vrouwtjes zien we vaak hetzelfde eens de puberteit start. Het best kunnen daarom een rammelaar (mannelijk konijn) en een voedster (vrouwelijk konijn) samen worden gehouden. Dan moet 1 van de 2 natuurlijk wel geholpen worden, anders worden 2 konijntjes heel snel, veel konijntjes.
Voortplanting
Konijnen kunnen zich heel snel voortplanten. De vrouwtjes zijn vruchtbaar vanaf de leeftijd van ongeveer 6 maanden en kunnen het hele jaar door gedekt worden.
De dracht duurt ongeveer één maand en er worden gemiddeld 6 a 7 jongen geboren. Deze mogen bij de moeder weg op een leeftijd van 7 a 8 weken.
Mannetjes zijn geslachtsrijp rond de leeftijd van 6-7 maanden.
Om ongewenste nestjes te voorkomen kunnen we mannetjes castreren en de vrouwtjes steriliseren op de leeftijd van 6 maanden. Een castratie is minder ingrijpend dan een sterilisatie.
Vaccinatie
Net zoals honden en katten kunnen ook konijnen gevaccineerd worden tegen een aantal gevaarlijke ziekten.
RHD
Dit is de afkorting voor Rabbit Hemorragic Disease. Dit is een ziekte veroorzaakt door een virus en wordt overgedragen via wilde of besmette konijnen via speeksel, urine of mest.
Eenmaal besmet met de ziekte wordt het dier algemeen ziek, willen niet meer eten en zien we vaak een bloederige neusvloei. De dieren sterven na enkele dagen.
Myxomatose
Dit is ook een virale ziekte. Het is typisch herkenbaar door de verdikte oogleden, neus en lippen bij konijnen. Vaak is er waterige of etterende uitvloei en soms is er sprake van ademhalingsproblemen.
De besmetting gebeurt via direct contact met besmette wilde konijnen of via insecten. De ziekte is ook dodelijk.
Vaccineren tegen deze 2 ziektes kan door middel van een gecombineerd vaccin vanaf een leeftijd van 5 weken en wordt jaarlijks herhaald.